‘Genieten van werken in brandweerteam’

Monique van Schooneveld

Als jonge brandwacht genoot ze van alle actie op één van de drukste kazernes van het land: Hendrik in Amsterdam. Op 30 augustus had zij haar laatste dienst ‘Drie keer in de nacht eruit ga ik niet missen.’ Monique van Schooneveld (57) was de eerste vrouw binnen de 24 uurs-dienst van Amsterdam en kijkt terug op een bijzondere periode.

1 december 2022 is Monique officieel gestopt als manschap. Maar als het aan haar ligt wordt het geen definitief afscheid. ‘Ik wil er graag iets bij blijven doen, misschien als mentor of vertrouwenspersoon, nieuwe mensen begeleiden. Ik heb een schat aan ervaring en geschiedenis, mensen spreken mij makkelijk aan. Ik hoop nog iets voor de organisatie te blijven betekenen. Zeven dagen per week niks doen is niets voor mij. Maar ik ben aan het zoeken wat ik nu eigenlijk kan.’

Dat klinkt best bijzonder voor iemand die al bijna dertig jaar verbonden is aan het brandweerkorps van Amsterdam, waarvan negentien jaar in de repressieve dienst en elf jaar bij de meldkamer. Daar kwam ze terecht toen ze zwanger raakte van haar dochter. De zwangerschap maakte de uitrukdienst een tijd lang niet mogelijk. Ze moest even wennen aan een leven op de meldkamer, maar vond haar plek in de 24 uurs-diensten daar. ‘Ook daar maakte je heftige dingen mee, beleefde je een groot deel van het incident.’

Oude liefde

Doden bij een woningbrand, soms wel twee reanimaties op een dag, zelfmoordpogingen, stormdagen met tig meldingen, ze maakte het allemaal mee binnen de 24 uurs-diensten. Na ruim een decennium meldkamer, hield de brandweermeldkamer op te bestaan en ging deze op in de gemeenschappelijke meldkamer (GMK). Daar blijven werken zou een ander en langer dienstverband betekenen. Ze besloot daarop haar oude liefde, de repressieve dienst, weer op te zoeken. ‘Ik vond het wel heel spannend. Ik was er elf jaar uit geweest, er waren nieuwe mensen, nieuwe technieken, nieuwe routines. Kon ik het nog wel?’ Dat bleek, want ze haalt er nu haar vervroegd leeftijdsontslag FLO.

‘Ik denk dat ze in mij de vrouw zagen die ze voor ogen hadden’

Zwaar

Dat ze ooit bij de brandweer terecht zou komen zat niet in de lijn der verwachting. Ze doorliep de opleiding HBO Verpleegkunde en kwam in de zorg terecht. Aan de brandweer dacht ze nog helemaal niet. De brandweer dat waren mannen die met zwaar gereedschap stonden te werken. ‘Maar wat het echt is en zo leuk maakt is het samen doen, het teamgevoel. Maar dat is moeilijk om in wervingscampagnes te laten zien.’ Toch reageerde zij in 1992 op de oproep ‘brandweervrouwen gezocht’ van de gemeente Amsterdam.

Ze stapte er blanco in ‘Ik was wel sportief. De spanning en het sportieve aspect spraken me aan. Het leek me ook wel stoer. Ik denk dat ze in mij de vrouw zagen die ze voor ogen hadden.’ Zo kwam ze als eerste vrouw in het Amsterdamse korps. ‘Ik voelde me prima in een mannenberoep. Ik voelde me direct geaccepteerd. Ik kon mezelf goed handhaven en verwoorden.’

Toch was het in het begin pittig. ‘Alles was nieuw voor me, fysiek vond ik het ook zwaar. Elke dag beginnen met sport, maandag tot en met vrijdag in de opleiding. Men vond dat mannen en vrouwen gelijk zijn en dat zijn we ook. We moeten hetzelfde werk doen, maar we zijn niet hetzelfde. Ik ben niet zo lang, iets uit een autospuit pakken is nog weleens een ding. Sinds de overgang merk ik ook meer verschil; ik heb meer last van krachtverlies. En nu op mijn 57ste gaat het allemaal niet meer zo snel. Maar eigenlijk is het werk altijd wel prima gegaan. Want uiteindelijk zijn we een team. Als vanzelf pakt een collega het even over als het wat zwaarder wordt. Daar heb ik altijd het meest van genoten, het samen doen, samen naar iets toewerken.’

Wennen

De start was ook even wennen. ‘Als ik van tevoren had geweten wat het was om als eerste vrouw te starten dan had ik wel twee keer nagedacht. De gemeente wilde meer vrouwen maar verder was er niet echt over nagedacht. Er was niks voor vrouwen, geen sanitair. Tijdens mijn stage op Anton werd een dag van tevoren een douchegordijn gekocht, hebben ze nog lief een hartje uitgeknipt voor de grap. Dat werd dan opgehangen in de mannendoucheruimte. Dan hoefde ik niet tussen de mannen te douchen. Ik vond het een prima oplossing.’

Empathie

Of de vrouwen iets hebben meegebracht in de dienst? ‘Misschien meer sensitiviteit, meer empathie. Ik ben iemand die als eerste even een kaartje stuurt als iemand ziek is, even doorvraagt aan tafel. Maar dat is ook wie ik gewoon ben.’ De brandweer is daarin ook veranderd heeft ze gemerkt. ‘De wereld is anders. Inmiddels werken de vrouwen van de brandweermannen ook, doen mannen meer in het gezin. Dat merk je. Het type mens dat hier nu werkt is ook wat opener en meer empathisch.’

Met dank aan Linda Blok, hoofdredacteur van het jubileummagazine
Foto´s: Sebastiaan van Baar Fotografie


25 jaar Netwerk Brandweervrouwen

Het Netwerk Brandweervrouwen vierde in 2022 haar 25-jarig jubileum. Voor die gelegenheid werden 25 brandweervrouwen geïnterviewd voor een speciaal jubileummagazine. Enkele van hun verhalen publiceren we nu ook op deze website. De verhalen geven weer hoe divers hun werk is en dat het helemaal niet moet uitmaken of je nu brandweerman of -vrouw bent want uiteindelijk klaren zij de klus met elkaar.

Zie ook

Stel een vraag
Sluit stel een vraag box